De zomers worden warmer, de nachten benauwder en het klimaat grilliger. Gebouwen krijgen steeds vaker te maken met oververhitting. De huidige normen en regelgeving spelen hier nog onvoldoende op in. In deze context wint zonwering aan belang als passieve maatregel om het binnenklimaat beheersbaar te houden. Toch wordt zonwering in de praktijk nog vaak overgeslagen.
Volgens de verschillende klimaatscenario’s van het KNMI uit 2023 stijgt de buitentemperatuur in Nederland aanzienlijk, met name tijdens de zomermaanden. Deze opwarming leidt niet alleen overdag, maar ook ’s nachts tot hogere temperaturen. Dat vergroot het risico op oververhitting in gebouwen, met name in woningen.

De huidige normen, zoals NEN 5060, zijn gebaseerd op historische klimaatdata. Daardoor onderschatten ze de toekomstige situatie. Uit de klimaatscenario’s voor 2033 en 2050 blijkt dat warme zomers veel vaker zullen voorkomen en intenser zullen zijn. Een van de meest zorgwekkende bevindingen uit het onderzoek is de stijging van de nachttemperaturen. Tropennachten, waarbij de temperatuur niet onder de 20°C zakt, komen steeds vaker voor. Dit heeft directe gevolgen voor het slaapcomfort en de gezondheid van bewoners.
Zonwering blijkt in de praktijk een bijzonder effectieve maatregel om oververhitting te beperken. Het voorkomt dat zoninstraling het gebouw binnendringt, waardoor de behoefte voor actieve koeling afneemt of zelfs helemaal verdwijnt. Daarmee staat zonwering hoog op de ‘ladder van koeling’: voorkomen is immers beter dan genezen. Toch wordt zonwering in veel ontwerpen nog niet standaard meegenomen. Dat komt deels doordat de huidige rekenmethodieken in energieprestatieberekeningen (zoals BENG) het effect van zonwering onvoldoende waarderen. We zien in de praktijk dat deze bepalingsmethode als ontwerptool wordt gebruikt.
Vanaf 2030 gaan we in Nederland over naar een toekomstbestendige bepalingsmethode voor de energieprestatie. Deze nieuwe bepalingsmethode is in lijn met de EPBD IV en waarschijnlijk gebaseerd op een uurlijkse rekenkern. De huidige NTA8800 is gebaseerd op een maandgemiddelde methode waarmee het bepalen van de koelbehoefte niet goed mogelijk is. Ook wordt in deze nieuwe bepalingsmethode gerekend met een meer toekomstbestendig klimaatjaar. Hierbij heeft de adviescommissie het advies gegeven om het 2033 klimaatscenario toe te passen.
Het uurlijks rekenen zorgt ervoor dat dynamische producten, zoals zonwering, beter gewaardeerd kunnen worden. Ook zullen de berekende indicatoren beter aansluiten bij de werkelijk prestaties van het gebouw. Om zonwering goed tot zijn recht te laten komen, is het ook essentieel om het gebouw in meerdere zones te verdelen. Elke ruimte heeft zijn eigen gebruik, warmteproductie en eisen met betrekking tot oververhitting.
Naast energieprestatie speelt ook milieuprestatie een steeds grotere rol. In Nederland wordt in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) een eis gesteld aan de milieuprestatie van gebouwen (MPG). Deze wordt berekend aan de hand van de milieukostenindicator (MKI), die op zijn beurt gebaseerd is op een levenscyclusanalyse (LCA) van de gebruikte materialen. Voor zonwering betekent dit dat er een Environmental Product Declaration (EPD) moet worden opgesteld. Binnen de VMRG wordt gewerkt aan een specifieke Product Category Rules (PCR) voor zonwering, om deze berekeningen eenduidig te kunnen uitvoeren en aan te laten sluiten op de Nederlandse regelgeving.
Zonwering draagt niet alleen bij aan comfort, maar ook aan duurzaamheid. Zonwering koelt niet, maar reduceert de warmtetoetreding tot het gebouw. Hierdoor wordt de koudebehoefte gereduceerd, wat een positief effect heeft op de energieprestatie.
De Europese richtlijn EPBD IV (Energy Performance of Buildings Directive) introduceert het concept van ‘whole life cycle’: de totale CO₂-uitstoot over de volledige levenscyclus van een gebouw, inclusief materialen en operationeel energieverbruik. Dit dwingt ontwerpers om verder te kijken dan alleen de energieprestatie. De energieprestatie gemeten over de levensduur van een gebouw moet worden afgezet tegen de milieuprestatie. Alleen dan kunnen we weloverwogen keuzes maken.
Binnen de zonweringsector is nog veel winst te behalen, met name op het gebied van circulariteit. Zo wordt aluminium vaak ingezameld zonder zicht te hebben op de bestemming van dit materiaal. Het zou beter zijn om aluminium te laten recyclen binnen de eigen sector, zodat de waarde in de keten behouden blijft.
De combinatie van klimaatverandering, strengere regelgeving en toenemende aandacht voor gezondheid en comfort maakt zonwering tot een strategisch gevelproduct. Het draagt bij aan het beperken van oververhitting, verlaagt de energievraag en kan ook de milieuprestatie verbeteren. Zonwering is een noodzakelijke maatregel in het licht van de toekomst.
Om deze potentie volledig te benutten, is samenwerking in de keten essentieel. De gevelbouwsector staat voor de uitdaging om zonwering integraal mee te nemen in ontwerp, berekening en uitvoering. Alleen zo kunnen we gebouwen realiseren die bestand zijn tegen het klimaat van morgen.
Nehmen Sie rechtmäßigen Kontakt auf mit VMRG.
Kontakt zu opnemen